Hoe Nederland de opvoeding van kinderen verwaarloost.
De laatste jaren zien we een verontrustende trend in Nederland: steeds jongere kinderen zwerven 's avonds laat op straat, veroorzaken overlast, plegen vernielingen, vallen mensen lastig en raken betrokken bij criminele activiteiten. Dit is geen toeval, maar een symptoom van een veel dieper liggend probleem: er wordt te weinig aandacht besteed aan de opvoeding van kinderen. De maatschappij waarin we leven is er simpelweg niet op ingericht.
Vanaf een leeftijd van drie jaar worden kinderen al naar school gestuurd. Niet per se omwille van hun ontwikkeling, maar omdat ouders moeten werken. En om het werkende leven nóg soepeler te laten verlopen, worden kinderen vervolgens ondergebracht in voorschoolse, tussenschoolse en naschoolse opvang. Dag in, dag uit brengen kinderen meer tijd door met professionals dan met hun eigen ouders.
Wanneer vader en moeder uiteindelijk uitgeput thuiskomen van een lange werkdag, wacht daar niet alleen een huishouden, maar ook een kind dat hunkert naar aandacht, richting en liefde. Die aandacht is er vaak niet meer. Gelukkig is daar nog de mobiele telefoon, de tablet of de spelcomputer...., elektronische oppassers die zorgen voor rust in huis, maar ondertussen de band tussen ouder en kind verder uithollen.
De situatie wordt schrijnender zodra kinderen in de puberteit belanden. Juist in de fase waarin jongeren behoefte hebben aan duidelijke grenzen, begeleiding en moreel kompas, haken veel ouders af. Het opvoeden van een puber wordt als te intensief en te ingewikkeld ervaren. Het gevolg? Jongeren die zelf maar uitzoeken wat goed of fout is, zonder sturing, zonder correctie. Ze worden ongeleide projectielen, gedreven door impulsen, groepsdruk en het verlangen om erbij te horen...., met alle gevolgen van dien.
Kinderen zijn geen kant-en-klare volwassenen. Ze worden geboren met een soort basissoftware, maar moeten vervolgens worden ‘geprogrammeerd’ op het gebied van gedrag, normen, waarden en sociale omgang. Als ouders die taak niet op zich nemen, zuigt het kind informatie op uit de omgeving...., en dat is lang niet altijd een positieve invloed. Zonder correctie en zonder richting dreigt het kind af te glijden.
En wat gebeurt er als deze kinderen later zelf ouder worden? Dan geven zij de cirkel van verwaarlozing door. Ze hebben nooit geleerd wat goede opvoeding inhoudt, dus zullen ze het hun eigen kinderen ook niet kunnen bijbrengen. Wat gisteren nog als “problematisch gedrag” werd gezien, wordt morgen genormaliseerd. De lat zakt verder. En zo holt generatie na generatie achteruit.
De oorzaak van deze ontwikkeling ligt deels in de manier waarop Nederland is ingericht. De nadruk ligt op arbeid, op economische productiviteit, op "de hardwerkende Nederlander"...., jarenlang gepromoot door partijen als de VVD. Maar deze slogan, hoe onschuldig hij ook lijkt, legt de vinger precies op de zere plek. De focus ligt op werken, niet op opvoeden. Er is geen ruimte meer voor ouderschap met aandacht, geduld en betrokkenheid.
Nederland moet zichzelf dringend de vraag stellen: willen we een samenleving vol goed opgeleide werknemers, maar zonder stabiele gezinnen en verantwoordelijke burgers? Of durven we de opvoeding weer serieus te nemen en ouders de tijd, rust en ondersteuning te geven die nodig is om kinderen écht groot te brengen?
Want uiteindelijk geldt: wat je niet in je kinderen investeert, krijg je als samenleving dubbel en dwars terug in de vorm van chaos, criminaliteit en een verloren generatie.